Hoe vaak gebeurt het niet dat u iemand tegen komt in een rolstoel of scootmobiel, waarvan u denkt ‘die kon wel eens eenzaam zijn of ongelukkig, laat ik daar wat tegen zeggen.’ Of dat u denkt, misschien kan ik hem of haar eens opvrolijken met een grapje of kwinkslag. Grapjes vormen een beproefd middel om een gevoel van onderlinge verbondenheid te uiten. Mensen die grapjes met elkaar maken hebben samen iets.
Nu heeft u een punt als u zegt dat rolstoelgebruikers niet tot de gemiddeld gelukkigste categorie mensen behoren, en vaak ook niet overlopen van de sociale contacten. De wens om een eventueel isolement te doorbreken is dan ook lovenswaardig.
De vraag is nu hoe dit concreet gemaakt kan worden. Oftewel, wat zeg je tegen een gehandicapte.
U weet niet of hij geïnteresseerd is in politiek, voetbal of het weer, of hij op de hoogte is met de laatste mode of de nieuwste auto’s en roddels, en ook niet of hij dat überhaupt wel begrijpt. Over partners en kinderen begint u maar beter helemaal niet, want dat is een moeizaam onderwerp in gehandicapte kringen.
Maar zoals gezegd, een grapje of kwinkslag is een uitstekend middel om verbondenheid of op zijn minst de intentie daartoe te tonen.
Een goede ingang bij gemotoriseerde gehandicapten is de opmerking ‘heb je hem al opgevoerd?’ Een kans voor open doel krijgt u als u een gehandicapte in de achteruit ziet: ‘Heb je geen achteruitkijkspiegels?’ dus.
Sowieso tutoyeert u de gehandicapte te allen tijde, want alles wat afstand kan scheppen moet worden vermeden. Als een gehandicapte u kruist en u en de gehandicapte en u op elkaar moeten wachten, roept u ‘snelverkeer gaat voor.’ U maakt dan ook een vriendelijke geste door de gehandicapte voor te laten gaan. Als u ziet dat een gehandicapte zich een weg moet banen door een massa mensen, of in een rij staat te wachten, roept u ‘zit er geen toeter op?’ Het mooist is om dit te doen in situaties waar dit volkomen ongepast is, zoals in een concertzaal, bij een lezing of in een kerk. Als u dit met enig volume doet heeft u bovendien kans dat ook anderen kennis maken met uw gevoel en humor.
Andere suggesties zijn ‘heb je ook GPS’, of u begint over autoradio’s met bassboost, ‘mag je wel rijden met alcohol op’ als u een rolstoel met een biertje ziet, en op straat roept u een scootmobiel ‘hé, de maximumsnelheid is hier 50’ na.
U ziet, het is helemaal niet zo moeilijk om met een rolstoel in gesprek te komen, mits u zich maar over uw schroom heen zet en gebruik maakt van uw creativiteit.
zaterdag 12 mei 2007
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten